Carpaal tunnel syndroom

Het carpaal tunnel syndroom (CTS) geeft tintelingen of een doof gevoel in uw duim, vingers en handpalm. De tintelingen komen meestal in de nacht. Een ernstig CTS kan ook pijnklachten geven. Als een spalk of injectie niet genoeg helpen, dan kunt u kiezen voor een operatie.

Terug

Carpaal tunnel syndroom in Meander Medisch Centrum

Bij een niet ernstig carpaal tunnel syndroom helpen wij u met een spalk die u 's nachts kunt dragen, of een injectie met corticosteroïden in de pols. Voor een operatie wordt u doorverwezen naar de plastisch chirurg. Met de CTS-operatie vermindert de handchirurg de druk op de zenuw in uw hand. De operatie duurt een kwartier. U wordt plaatselijk verdoofd zodat u na de operatie meteen naar huis kunt. Uw hand kunt u al snel weer bewegen. 2 weken na de operatie kunt u uw hand langzaam meer belasten.

Meander heeft een speciale polikliniek voor carpaal tunnel syndroom. Tijdens uw eerste afspraak onderzoekt de neuroloog uw zenuw met een echo of een EMG. U krijgt direct de uitslag en het advies voor de behandeling te horen. Als een operatie nodig is, bereiden wij u voor via het Behandelpad in de MijnMeander-app.

Bekijk onze folder en onderstaande films voor meer informatie over de behandeling van het carpaal tunnel syndroom.